De heide en gras
De heide heeft zo weer z'n eigen bekoring. Alle opslag moet ook daar bestreden worden. Een aantal jaar geleden is de werkgroep daarmee begonnen, want het gebied groeide helemaal dicht met allerlei boomsoorten. Veel werk is gedaan met de hand en in een later stadium ook met de bosmaaier. Het effect is heel positief, want we zien duidelijk herstel van de heide. Ook de schapen leveren hier hun bijdrage bij het herstel. Het beheer met schapen stimuleert de verjonging van heide en vermindert de opslag van andere struiken. Vergrassing willen we voorkomen en daarom staan de schapen maar kort op een deel van de hei. Als ze er te lang staan vervilt de bodem en daar kan de heide niet tegen en treedt vergrassing op. De begrazing vindt dus extensief plaats. Enkele groepen krent, een enkele berk en wat vuilboom en lijsterbes kunnen in de hei blijven staan. Vuilboom is bijvoorbeeld een waardplant voor de citroenvlinder. De rupsen eten er dus van. Brem willen we ook hier behouden. De meeste grove dennen die er nu nog staan kunnen blijven. Een enkele jonge grove den laten we groeien om op termijn een oudere te vervangen.
Bloeiende heide augustus 2015
De natuur zelf zorgt wellicht ook voor minder dennen: sneeuwval en storm eens in de zoveel jaar. De Amerikaanse vogelkers en andere opslag worden vanaf eind juli tot maart bestreden. Het loof wordt afgevoerd richting rillen aan de bosrand. Het is niet wenselijk dat er nog meer paden komen door de heide. Op sommige paadjes worden grote takken gelegd om het gebruik ervan te ontmoedigen. Delen van de hei kunnen geplagd worden. Rond de Jeneverbes is daarmee begonnen in de winter van '13-'14 en dat blijkt te werken. Uitbreiding van dergelijke plagveldjes is gewenst. Het plaggen moet niet te diep, aangezien er dan steeds meer zandplekken komen en de heide verdwijnt.
Een enkele kleine zand plek is wellicht goed voor de hagedissenstand, welke de afgelopen 10 jaar sterk achteruit is gegaan. De plaggen worden afgevoerd naar de rand van de heide en nabij de bosrand gestapeld. Amfibieën en reptielen houden van dergelijke schuilplaatsen. Wellicht dat er ook machinaal geplagd wordt in de toekomst.
Jeneverbes met daarvoor een geplagd stukje met jonge heide
Het bos
Het bos blijft bos. De beslotenheid van het bos nabij de openheid van zand en heide maken dit kleine stukje waardevol. Bomen en struiken in diverse leeftijdsstadia vinden er hun plaats. Vogelkers wordt bestreden in verband met de sterke uitzaaiing naar de open gebieden en de bosranden. Daarom worden grote vogelkersbomen geringd zodat ze afsterven of soms geheel omgezaagd als er genoeg andere boomsoorten onder staan met toekomst. Kleine vogelkers wordt zo mogelijk gerooid. Alle andere soorten, zoals de lijsterbes, berk, beuk, eik, hulst, taxus en vuilboom kunnen blijven staan. Een dichte onder begroeiing is hier wenselijk en natuurlijk. Wild vindt er toch nog dekking. Als er te veel boomsoorten weggesnoeid worden, gaat het gebied bovendien steeds meer 'verbramen'. Dat zal stoppen als er minder licht op de bodem komt. Een dichte begroeiing is ook wenselijk gezien de loslopende honden. Er is nu sprake van een gemengd bos met overwegend loofhout van verschillende leeftijden. Dat willen we zo houden.
Bosrand
Het sprokkelhout wordt niet afgevoerd, maar in rillen gelegd of losjes verspreid. Ook dat heeft waarde voor de dieren, vogels, schimmels e.d. Op termijn zal de hoeveelheid hout voor de rillen afnemen en zullen de rillen minder aanwezig zijn. Afgelopen jaren is er een inhaalslag gemaakt. De schapen willen we niet in het bos laten grazen. Zij vreten ook gewenste soorten weg, zoals bovengenoemde boom- en struiksoorten en ook de varens, bochtige smele en andere soorten welke in een gezond bosbiotoop thuis horen. Langs de randen komen overgangsstroken, waar de onderbegroeiing afhankelijk van het werk van de schapen wordt gedund, zodat het bos zich niet uitbreidt ten koste van de open delen. Meer paden in het bosgebied is niet wenselijk; eerder minder. Schuin hangende omgewaaide bomen blijven staan, mits ze geen direct gevaar vormen of erg hinderlijk in de weg liggen. Staand dood hout is waardevol voor allerlei diersoorten zoals insecten en vogels.
De natte grasveldjes
Er zijn drie veldjes nabij de Ruiterweg. Vanaf het moeras gezien worden ze steeds natter. Vroeger schijnt er nog wel vee te hebben gegraasd op bepaalde tijden. Om te voorkomen dat ze dicht groeien met populier en berk zullen deze veldjes jaarlijks gemaaid worden met een maaimachine die ook het Drentsche Aa-gebied maait. Soortenrijkdom wordt daardoor bevorderd. Langs de randen zijn braamstruwelen geen probleem, maar ook die zullen in bedwang moeten worden gehouden. Om de rust voor het wild te bevorderen zijn paden door dit gebiedje niet gewenst. De wilgenstruwelen mogen niet te groot worden. Een deel van de wilgen zal geregeld geheel terug gesnoeid tot nabij de grond. Op die manier is er ook jaarlijks weer ruimte voor allerlei broedvogels met wilgenstruwelen in diverse stadia. Snoeihout wordt afgevoerd naar de bosrand of door SBB afgevoerd. Een deel van het maaisel en het snoeihout willen we jaarlijks gaan gebruiken voor broeihopen t.b.v. reptielen aan de rand van de veldjes.
Middelste veldje
Het moeras
Het moeras is ook weer een stukje natuur met zo z'n eigen karakteristiek. Kinderen kunnen er heerlijk vies worden… Er bevinden zich prachtige mosbulten en diverse soorten andere planten. Er staan veel berken. In het voorjaar geuren de gele azalea's. Er staan ook veel dode bomen in die waardevol zijn voor allerlei dieren. Elfenbankjes en tonderzwam groeien er. Bonte spechten broeden er elk jaar en vervolgens benutten andere vogels en dieren die holen. Het moeras groeit geleidelijk dicht met lisdodde en andere oeverbeplanting. Het watert af op de Drentse Aa. Het moeras is geheel particulier terrein.
Moerasje
Beheerswerkzaamheden nodig
Als we de karakteristieke gebiedjes willen behouden dan zullen de beheersmaatregelen die hierboven staan nodig blijven. Als er niets wordt gedaan zullen stuifzand en heide zeer snel verdwijnen en er zal gemengd bos voor in de plaats komen. Wilt u een keer komen helpen bij het werk op zaterdagmorgen, dan bent u van harte welkom!
Vogelkersopslag van één groeiseizoen
Vanaf de glasbak bezien in 2015
Namens de werkgroep Schipborgezand,
Jan van Dijk